De RIE checklist
De Risico Inventarisatie en -Evaluatie (RIE) is voor elke werkgever verplicht. Maar waar voldoet een goede RIE aan? Welke punten neem je hierin op? En hoe zorg je ervoor dat de RIE niet zomaar onderin de la belandt? Goede werkgevers creëren gezonde arbeidsomstandigheden om hun medewerkers optimaal te kunnen laten presteren. Daarom is de RIE ook zo’n waardevol document. Om een goede RIE op te stellen en deze ook up-to-date te houden, hebben we een checklist voor je opgesteld en onderverdeeld in vijf fases:
- De voorbereiding op de RIE
- Het opstellen van de risico’s en plan van aanpak
- De toetsing van de RIE
- De uitvoering van je plan van aanpak
- Het up-to-date houden van de RIE
Keuzestress? Vergelijk gratis de beste 50 RI&E aanbieders
Jij vertelt wat je zoekt, wij regelen de rest
✓ De beste RI&E aanbieders al voor je geselecteerd
✓ Enige onafhankelijke RI&E vergelijkingssite
✓ Persoonlijk advies van dé arbo experts
✓ Meer dan 21.462 klanten
✓ Ontvang snel 3 RI&E offertes
De RIE, waarom ook al weer?
Voordat we je meenemen in de checklist van de RIE, eerst een korte terugblik op wat de RIE ook alweer is. De overheid heeft in 1994 de RIE verplicht gesteld om gezond en veilig werken te stimuleren. Met de RIE laat je zien dat je op de hoogte bent van alle risico’s binnen jouw organisatie. Onderdelen van de RIE zijn:
- Inventarisatie van de risico’s
- Analyse en prioritering van de risico’s
- Het plan van aanpak (om deze risico’s te reduceren)
Je mag in principe zelf weten wie de RIE opstelt. Als je meer dan 25 medewerkers hebt, dan is de preventiemedewerker er verantwoordelijk voor dat de RIE wordt opgesteld. Hij (of zij) kan dit project zelf monitoren en uitvoeren, maar kan hier ook iemand voor aanwijzen. Ook kun je ervoor kiezen om je hierin te laten begeleiden door één van een externe deskundige. Dit zijn professionals die hier veel verstand van hebben en dagelijks werken met organisaties en hun RIE.
Fase 1: de voorbereiding op de RIE
- Wie is verantwoordelijk?
Zorg ervoor dat één persoon zich verantwoordelijk voelt over de RIE. Je kan als eindverantwoordelijke zelf deze taak op je nemen of dit kan je preventiemedewerker zijn. - Ken de verantwoordelijkheden
Weet zeker dat je preventiemedewerker op de hoogte is van zijn (of haar) verantwoordelijkheden. Jij blijft eindverantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van de RIE en dus ook voor het faciliteren van de juiste kennis.
Heb je deze kennis niet zelf, zorg dan dat de preventiemedewerker een training kan bijwonen of de juiste materie hierover kan lezen. - Wie voert de RIE uit?
Doen jullie dit zelf of kies je ervoor om je te laten begeleiden door een externe deskundige of wellicht de arbodienst bij het opstellen van de RIE? Zelf scheelt out-of-pocket wellicht in de kosten, maar gaat natuurlijk wel veel sneller en levert vaak en veel scherper resultaat. Oriënteer je op de mogelijkheden, de investering en wat het je oplevert om samen te werken met RIE deskundigen. - Welke instrumenten kun je gebruiken ter ondersteuning?
Veel branches werken met instrumenten om je te helpen bij het opstellen van de RIE. In één branche zijn de risico’s namelijk vaak vergelijkbaar, waardoor je deze niet volledig zelf hoeft te bedenken. Heeft je branche geen eigen instrument, dan kun je ook kiezen voor een algemeen RIE instrument. Zorg er altijd voor dat je de genoemde risico’s binnen je eigen organisatie toetst en verifieer bij je medewerkers of je alle risico’s hebt benoemd.
Fase 2: Het opstellen van de RIE
- Maak het overzichtelijk voor jezelf: maak een onderverdeling voor de risico’s
Om geen risico te vergeten, stel je eerst een onderverdeling op. Je voegt hier nog geen werkelijke risico’s aan toe, je bedenkt eerst welke soorten risico’s er zijn. Denk bijvoorbeeld aan omgevingsrisico’s, psychische risico’s, PSA risico’s en fysieke risico’s. - Inventarisatie van de risico’s per onderverdeling
Maak een globale lijst met alle risico’s per onderverdeling. Check, check en dubbelcheck of je alle risico’s hebt opgeschreven. - Betrek de OR (of PVT)
De ondernemingsraad (OR) heeft een belangrijke rol binnen de arbeidsomstandigheden. Zij heeft ook formeel instemmingsrecht voor het plan van aanpak. Het is daarom belangrijk dat zij de RIE kennen en zich hierin kunnen vinden. Daarnaast kan de OR je ook veel inzichten bieden over risico’s vanuit medewerkersoogpunt. Betrek ze daarom in een vroeg stadium. - Analyseer de risico’s
Hoe groot is de kans op dit risico? Hoe vaak komen medewerkers in aanraking met dit risico? Wat zijn de gevolgen? Hoe staan medewerkers hier tegenover? Dit zijn vragen die je helpen bij het maken van deze analyse. - Prioriteer de risico’s
Nu je alle risico’s hebt geanalyseerd, weet je ook welke risico’s het meeste aandacht verdienen. Zet de risico’s op volgorde, met het grootste risico bovenaan. - Schrijf je plan van aanpak
Inzicht hebben in de risico’s is niet voldoende. Je moet ook weten wat je kan doen om deze risico’s te vermijden of anders zo klein mogelijk kan houden. En dus schrijf je een plan van aanpak per risico. Maak dit zo concreet mogelijk, zodat het plan ook goed te volgen is en neem de volgende punten mee:
– Welke maatregelen neem je om dit risico te voorkomen of te beperken
– Wat is hiervoor nodig om deze maatregelen te nemen?
– Wie wordt verantwoordelijk dat het ook daadwerkelijk gebeurt?
– Binnen welk termijn is het aangepakt of opgelost?
– Wat zijn de verwachte kosten van de maatregel?
– Wanneer is het doel behaald?
Fase 3: De toetsing van de RIE
- Nodig je arbodienst of kerndeskundige uit voor de toetsing
Een kerndeskundige toetst jouw RIE door een bezoek aan je bedrijf. Tijdens de toetsing kijken ze of de opgestelde RIE een waarheidgetrouw en compleet beeld geeft van de praktijk. Een rondgang door de organisatie, gesprekken met zowel directie als een aantal medewerkers en een analyse van jouw RIE is minimaal nodig om deze kerndeskundige de RIE te laten accorderen.
Fase 4: De uitvoering van je plan van aanpak
- Wie is verantwoordelijk?
Nu je RIE is getoetst en goedgekeurd, ga je aan de slag met het plan van aanpak. Ook hierbij is het belangrijk dat er één persoon is die verantwoordelijk is en de uitvoering van het plan van aanpak in de gaten houdt. Dit betekent niet dat deze persoon alles zelf moet doen, hij (of zij) coördineert de voortgang. - Blijf op de hoogte
Blijf als eindverantwoordelijke op de hoogte van de voortgang. Laat je regelmatig bijpraten, zodat je kan bijsturen wanneer nodig. - Ken je hulpbronnen
Ook bij de uitvoering van het plan van aanpak heb je de arbodienst en kerndeskundigen die je hier goed bij kunnen helpen en/ of adviseren. Het loont absoluut om gebruik te maken van hun kennis en expertise. Het wiel is immers al veel eerder uitgevonden en zij hebben hier dagelijks mee te maken.
Fase 5: Het up-to-date houden van je RIE
- Beschouw je RIE als een werkdocument
Het investeren in een gezonde en veilige werkomgeving is een continu proces. Check daarom regelmatig of je RIE nog klopt met de huidige situatie? Zijn er veranderingen geweest waardoor je je RIE moet bijstellen? Denk hierbij aan nieuwe vestigingen, nieuwe machines of, een veranderde organisatiestructuur. Heeft de verandering impact op de risico’s en het werk, waardoor je de RIE moet bijstellen?
Vergelijk en selecteer direct de beste RIE aanbieder voor je organisatie