Via kwaliteit naar bevlogenheid

Prestatiegerichtheid is diep verankerd in onze maatschappij. Op zichzelf is dat niet verkeerd, wel als het ten koste gaat van een ander.

Doorgroeien naar een organisatie waar solidariteit centraal staat, vergt inzicht in de persoonlijke omstandigheden van de mens, juist in de werkomgeving.

Op 19 september vorig jaar was ik spreker op een groot HR/arbocongres in Gent. Vóór mij gaf Paul Verhaeghe, klinisch psycholoog, psychoanalyticus en hoogleraar, een boeiende inleiding. Paul is succesvol auteur en zijn recente boek “Identiteit” is al in de tiende druk.

Verhaeghes stelling: “De maatschappij is ziek. Nog nooit had de Westerse mens het zo goed, nog nooit voelde hij zich zo slecht!

“Op dit ogenblik”, zei Verhaeghe, “slikt één op de negen Belgen antidepressiva. En dan heb ik het nog niet over de middelen tegen angst, niet over de neuroleptica en slaapmiddelen.

Depressie

Rond 2000 deed Verhaeghe met zijn vakgroep grootschalig onderzoek naar depressie. Vanuit hun psychoanalytische achtergrond verwachtte men klassieke oorzaken te vinden: frustraties en neuroses.

Maar tot hun grote verrassing bleek het merendeel van de oorzaken van depressies werkgerelateerd te zijn: pesterijen op de werkvloer, conflicten met de baas, het verlies van een job.

Tegelijkertijd merkte men in de klinische praktijk dat meer dan ooit aandoeningen als borderline en andere persoonlijkheidsstoornissen hoog in de top tien belandden. Wat is hier aan de hand? Hoe kan het dat de identiteit plots zo massaal wordt verstoord?

Je identiteit ligt niet vast in je brein en genen volgens Verhaeghe. We zijn wie we zijn door een ingewikkeld samenspel tussen aanleg (nature) en opvoeding (nurture). Als de context ingrijpend verandert, gaan we anders met elkaar om en dan heeft dat onherroepelijk gevolgen voor hoe we onszelf voelen en zien. Hoe de mens is en wordt, hangt dus voor een belangrijk deel van de omstandigheden af.

Neoliberalisme

De boosdoener is volgens Verhaeghe het heersende neoliberalisme. Enkel de economie telt nog en het neoliberale economische verhaal determineert alles. Dus ook onze identiteit.

In de huidige neoliberale samenleving overheerst de gedachte dat het individu zelf verantwoordelijk is voor het eigen succes of falen. Alle relaties en instituties worden geëconomiseerd. Mensen denken vrij te zijn, maar waren in feite nog nooit zo machteloos.

Ook in landen als België en Nederland, twee tamelijk fatsoenlijke verzorgingsstaten, neemt de inkomensongelijkheid toe, is de middenklasse aan het verdwijnen en stijgt het aantal kinderen dat opgroeit onder de armoedegrens.

Wat Verhaeghe vooral overtuigde, was hoe het neoliberale gedachtegoed het onderwijs is binnengeslopen. Met de introductie van het competentiegerichte onderwijs ontstond een sfeer, waarin de leerlingen zelf verantwoordelijk werden voor succes en falen. “Loser” is tegenwoordig het populairste scheldwoord op het Vlaamse schoolplein.

Praktijkmensen in het onderwijs beamen dat kinderen op het hoogste niveau neerkijken op het niveau daaronder, etc. Dit neemt beangstigende vormen aan.

Genieten en consumeren als verplichting

De huidige mens groeit op in een zeer onstabiele omgeving; zo ongeveer alles mag en kan, met genieten en consumeren als verplichting. Niet zo lang geleden was zo ongeveer alles verboden: op het vlak van seksualiteit en lichaamsbeleving, en autoriteit mocht je niet betwisten.

Nu zie je exact het tegenovergestelde: in de lagere sociale klassen liggen de eerste seksuele contacten rond het veertiende jaar. Het is geen enkel probleem meer om aan drugs te komen. Zaken die zo kort geleden uitdrukkelijk verboden waren, zijn nu toegestaan.

Normaal gesproken evolueren zeden en gewoonten geleidelijk, maar dit is in heel korte tijd gebeurd. En dat heeft niets te maken met tolerantie, maar met onverschilligheid.

Mythe van voorspelbaarheid

Er is een mythe gecreëerd van beheersbaarheid en controle. Een jaar of drie terug maakten het echtpaar Verhaeghe zich vrolijk toen er op maandagochtend drie centimeter sneeuw was gevallen en de nationale weerman het moest ontgelden. Het was zijn schuld dat er files waren ontstaan.

Laatst zijn in Italië vier seismologen veroordeeld die een aardbeving niet hadden voorzien. Alles moet voorspelbaar zijn, niets mag verkeerd lopen. Dat is de mythe die ons wordt voorgespiegeld.

Het nieuwe, dwingende neoliberale verhaal vertelt ons, dat wij hypercompetitieve wezens zijn, enkel uit op ons eigen voordeel en succes. Daar gaan wij ons naar gedragen.

De dwang tot succes en geluk heeft een keerzijde: het leidt tot verlies aan zelfbesef, tot desoriëntatie en vertwijfeling. De mens is eenzamer dan ooit.

Wow, wat een strak verhaal! Ik kreeg nog mee dat Verhaeghe Jaap Jan Brouwers boekje “Stop de Amerikanen” aanraadde, hij dankte het publiek en vertrok.

Doorontwikkeling gestokt

Verhaeghes stelling “De maatschappij is ziek”, was wat mij betreft een te boude uitspraak. Ik twijfelde niet aan de weergave van de feiten – ook ik ken de vreselijke cijfers van burn-outs in Nederland (12 procent), obesitas en medicijngebruik.

Ook weet ik genoeg van de negatieve impact van het neoliberalisme op de beschaving, de maatschappelijke ongelijkheid, het klimaat, het exploitatieve gebruik van fossiele grondstoffen, etcetera, etcetera. Maar toch is mijn duiding anders.

In mijn presentatie zat een plaatje van de fasegewijze ontwikkeling van mens, maatschappij en organisatie. Daar waar Verhaeghe een pervertering waarneemt van de kapitalistische maatschappij, zie ik een transitie van het beheersingsparadigma naar een wijze van leven en werken vanuit betrokkenheid en verbinding.

Verhaeghe had het over de conclusies van Frans de Waal ten aanzien van primaten: twee tegengestelde krachten bepalen zijn gedrag, de wens om deel uit te maken van een groter geheel en de wens om zelfstandig te zijn.

Een gezonde maatschappij bewaart de balans tussen eenvormigheid en individualisme. In de neoliberale economie wordt het individualisme bevoordeeld, maar als zich dat krachtig ontwikkelt, dan vormt dát weer het fundament én de aanleiding voor het doorontwikkelen naar een meer sociale economie waarin plaats is voor onderlinge afhankelijkheid, zorg en solidariteit.

Het probleem alleen is dat de ontwikkeling is gestokt. Volgens mij is het falen ontstaan doordat doorontwikkeling niet heeft plaatsgevonden. Als groei blokkeert, gaan zaken woekeren waardoor ons huidige systeem perverteert en ongezond is geworden.

Fundament met barsten

In mijn visie worden de problemen niet alleen veroorzaakt door het neoliberalisme, maar juist in de onderliggende en ondersteunde waardesystemen. Die functioneren niet goed.

Onze huidige economie en maatschappij kennen een fundament dat laag voor laag is opgebouwd in de geschiedenis. Als dit fundament hiaten en barsten vertoont – met andere woorden, ongezond blijkt – dan ontspoort ons huidige economisch stelsel met de door Verhaeghe geschetste symptomen van dien. De bankencrises en ons klimaat komen daar nog bij.

Een voorbeeld: ons gevoel van veiligheid, identiteit en saamhorigheid ligt normaal diep verankerd in waarden. Juist het ontbreken daarvan maakt dat veel mensen steun zoeken in de waarden van het falende neoliberale systeem.

Prestatiegerichtheid is op zichzelf niet verkeerd, maar prestatiegerichtheid ten koste van de ander is dat wel. Dit laatste ontstaat wanneer het gezonde fundament ontbreekt.

Baas terug op de werkvloer

De reactie is regeneratief: het wordt van kwaad tot erger. De baas komt terug op de werkvloer. De bureaucratie draait overuren met telkens meer regels die het systeem nog meer vastzetten.

Een teveel aan regels is niet te handhaven, waardoor juist meer willekeur, ontstaat en ieder nog meer voor zichzelf moet zorgen.

Als het moeilijk gaat, grijpen veel bestuurders dus terug naar oude oplossingen. Als polderen niet meer lukt, willen ze ontpolderen, terwijl ze juist naar oplossingen moeten zoeken voorbij het polderen.

Het individualisme is welbeschouwd erg oppervlakkig gebleven. In combinatie met een gebrekkig fundament ontstaan ongezonde manifestaties als het consumentisme, de straatcultuur en het seksisme in de popmuziek.

Er is discussie nodig over omgangsvormen, over de effecten van ons gedrag op elkaar. Dit zal verbindend werken en tegelijk de eigen verantwoordelijkheid aanscherpen.

Wij zijn nog niet klaar met het liberale systeem vermoed ik. Het individualisme zal eerst naar wegen moeten zoeken die verdieping met zich meebrengen, die inzicht geven in de persoonlijke omstandigheden van mensen, juist ook in de werkomgeving.

De titel van mijn lezing was “Via kwaliteit naar bevlogenheid”. In drie stappen: van eindnormen, via procesindicatoren naar intrinsieke motivatie, naar bevlogenheid.

Kiezen voor kwaliteit, niet omdat het moet maar omdat je wil! Dat is nu precies de weg die wij moeten gaan. Richt je op kwaliteit, ervaar dat jij er toe doet en zinvol kunt bijdragen!

Deel dit artikel