Verslaving: een van de grootste volksziektes – deel 2

10 procent van de Nederlanders is een probleemgebruiker en bijna 80 procent daarvan heeft een baan.

De progressieve ziekte verslaving is daarmee een van de grootste volksziektes in de westerse wereld.

Uit Amerikaans onderzoek blijkt dat:

  • 9,2 procent van de beroepsbevolking een probleemgebruiker is van alcohol, drugs of medicijnen;
  • 77 procent van de verslaafden een baan heeft;
  • probleemgebruikers 45 procent meer ziekteverzuim kennen;
  • probleemgebruikers 3,5 keer vaak betrokken zijn bij ongevallen op het werk;
  • 20 procent van de werknemers zegt last te hebben van het gebruik van een collega.

Voor alle duidelijkheid: dit gaat alleen over middelen. In deze cijfers is nog geen rekening gehouden met gedragsverslavingen zoals gokken, sex, gamen, social media, eetstoornissen, etc.

Bergafwaarts

Ik vrees dat ik u nog wat onaangename feiten moet voorschotelen: verslaving (de ultieme vorm van probleemgebruik) is een progressieve ziekte. De progressiecurve van begin tot totale verslaving neemt – bij bijvoorbeeld alcohol – tot wel vijftien jaar in beslag.

In de tweede helft van deze periode zijn mensen met een dergelijke obsessie 40 tot 60 procent van hun tijd met hun obsessie bezig. Het lastige is dat men met deze tijdsbesteding niet alleen na maar ook binnen werktijd bezig is. Er is dus jarenlang sprake van 40 tot 60 procent productiviteitsverlies, nog afgezien van ziekteverzuim, ongevallen of productiviteitsverlies.

Omdat het proces zo geleidelijk gaat en routine een deel van het productiviteitsverlies goedmaakt (waar dit productiviteitswinst had moeten zijn), valt het niet zo op. Het verminderd functioneren wordt vaak in verband gebracht met persoonlijke problemen. En die zijn er inderdaad ook, want probleemgebruikers laten eerder in hun privéleven verstek gaan dan op het werk. Uiteindelijk gaat het op alle vlakken bergafwaarts.

Burn-out of verslaving?

We mogen rustig concluderen dat het negeren van dit fenomeen procenten productiviteitsverlies veroorzaakt en hierdoor een enorme kans blijft liggen om het welzijn, de groei en het functioneren van de medewerkers te verbeteren.
Waarom gebeurt er dan zo weinig mee? Het herkennen van het probleem door iemand zonder ervaring is erg lastig.

  • probleemgebruikers doen er alles aan doen om het verborgen te houden, niet uit slechtigheid, maar uit angst en schaamte;
  • probleemgebruikers doen hun werk ogenschijnlijk nog best goed, veelal op routine;
  • men soms tijdelijk even kan stoppen, maar nooit voor langere tijd;
  • als het moeilijk wordt, zoekt men een andere baan, waardoor er weer ruimte ontstaat. Vaak stopt men dan ook een tijdje omdat de overtuiging er is, dat de nieuwe baan alles oplost.

De verandering in gedrag en functioneren gaat zo geleidelijk, dat het pas laat in de gaten loopt. Het gaat om een combinatie van kenmerken, die ieder op zich niet als eerste aan verslaving doen denken, maar bijvoorbeeld eerder aan een burn-out.

De tegenvallende high potential

Een goed voorbeeld om uit te lichten in deze context is de “tegenvallende High Potential”. Dit zijn mensen die in de eerste vijf tot tien jaar van hun carrière erg succesvol zijn, zeer snel de carrièreladder opklimmen en dan “tot stilstand” komen zonder aanwijsbare reden. Met vlagen zijn ze briljant, maar er komt steeds minder uit hun handen. Bij een nieuwe functie zijn de verwachtingen vaak hooggespannen, gebaseerd op historisch carrièreverloop. In de praktijk valt het nogal tegen.

Deze mensen beginnen dan ook vaak van werkgever te wisselen en dit patroon herhaalt zich. De groei is er uit. In deze “middenfase” van de progressiecurve van de ziekte verslaving vertonen probleemgebruikers vaak de volgende kenmerken: frequent (ziekte)verzuim, zichzelf isoleren, uitstelgedrag, geïrriteerdheid, stemmingswisselingen: van depressief tot euforisch, meer fouten maken, afspraken moeilijk nakomen, vermoeid, veel kwaaltjes en natuurlijk een hele riedel overige kenmerken (deze link bevat een vragenlijst waarmee u uw medewerkers op verminderd functioneren mogelijk als gevolg van probleemgebruik kunt screenen.

Labelen

Ieder van bovengenoemde kenmerken op zich komen vaker voor en zijn niet direct een reden om een (beginnend) verslavingsprobleem te veronderstellen. Bepaalde combinaties van deze kenmerken of gedragspatronen, duiden echter wel degelijk op een probleem.

Men vindt het doodeng om het bespreekbaar te maken en is bang mensen te “labelen”. Wat je vaak ziet is dat mensen bij verslaving denken aan de tasjesrovende junk (“Nou, die zijn er maar ook die zijn ziek en ook die verdienen zeker hulp) en dan komen we op de kern: MEN HEEFT EEN ENORM OORDEEL!!!

Overigens best begrijpelijk, want hoewel iemand met de ziekte verslaving zelf machteloos is over zijn ziekte, is het gedrag in de laatste fase van de verslaving niet heel aangenaam. Iemand zonder kennis van de ziekte kan dit gedrag niet plaatsen, ziet alleen de rottigheid en heeft daar een oordeel over. Het feit dat de persoon gewoon ziek is, wordt dan gemakkelijk vergeten.

Doordat er een oordeel aan verbonden is, wil men mensen niet labelen als het niet heel evident is, omdat men bang is om mensen onterecht voor “verslaafde” uit te maken. Dat dit met oordeel over verslaving of gebruiksproblemen te maken heeft, blijkt wel uit het feit dat niet veel mensen er moeite mee hebben om iemand te labelen als hartpatiënt, nierpatiënt of “burned-out”. Dat zijn geaccepteerde ziektebeelden.

Volksziekte

Kijkt u nog eens naar de cijfers: 10 procent van de mensen is een probleemgebruiker en bijna 80 procent daarvan heeft een baan. Hiermee is de ziekte verslaving een van de grootste volksziektes in de westerse wereld.
Het wordt tijd dat de koppen uit het zand komen en de organisaties die zich maatschappelijk verantwoord willen profileren hun verantwoordelijkheid op dit gebied nemen.

Er zijn oplossingen beschikbaar en hoe eerder gesignaleerd, hoe beter voor werkgever, werknemer en zijn omgeving. Door herkenning volgt bewustwording en pas dan is gedragsverandering mogelijk.

Deel 1 van deze artikelenreeks:
Verborgen verslaving: een persoonlijk verhaal

Deel 3 van deze artikelenreeks:
Geef verslavingsaanpak de ruimte

 

Deel dit artikel