Geel verzuim

Elk jaar verheug ik mij op het Sinterklaasfeest. Elk jaar komt ie aan, de Goede Sint. Toevallig, maar wat is toeval, elk jaar rond mijn verjaardag. Ik ben niet katholiek opgevoed.
Toch geloof ik in Sinterklaas, omdat het mijn kinderen gelukkig maakt. En dat maakt mij weer gelukkig. Zo simpel kan het zijn.. Een man in een tabberd met een mijter, op een groot beetje vies paard, maakt mij gelukkig…
Zijn knecht heet Zwarte Piet. Een volstrekt logische naam, want die man is zwart geschminkt. Hij had ook Jan kunnen heten: Zwarte Jan, of Zwarte Bert. Toevallig heet ik ook Piet, nou ja Pieter.
De wereld was simpel. Geluk was heel gewoon. Je had meesters, je had knechten, je had witten en zwarten, bazen en werknemers. Je had ouders en kinderen, je was rooms of hervormd. Ik geloof in geluk, dus ik geloof ook in Zwarte Piet. Zonder Zwarte Piet geen Sinterklaas. Zonder Sinterklaas geen geluk.
We kunnen er voor kiezen alles letterlijk te nemen. Dan is zwart negatief, want kijk maar, deze zwarte man is een neger die knecht is. Racisme, ik heb er geen ander woord voor. Maar, dan zullen we ook Sinterklaas moeten afschaffen. Niet alleen maakt hij alle travestieten belachelijk, maar als niet rooms persoon weiger ik cadeautjes van deze vermomde pederast aan te nemen. Hij komt, hij komt, ja ja…
Zo kan ik nog wel even doorgaan. Het begint bij Zwarte Piet, maar dan, wat schaffen we nog meer af…. de Kerstman? Inderdaad, een hypomane karikatuur van de diep gemene te dikke oom, die precies de verkeerde cadeaus geeft. De hostie, een platte abstractie van wat ooit een mooi mens was, en de Paashaas, need I say more?
Is er een relatie tussen Zwarte Piet en arbeidsomstandigheden of verzuim? Ja, ik denk het wel. In onze poldercultuur, in het krachtenveld tussen werknemers, werkgevers en overheid, wordt de term Zwart en Piet vaak gebruikt. Elkaar de Zwarte Piet toeschuiven. Het Zwarte Pieten is begonnen. Het Zwartboek arbeidsomstandigheden. Zwartkijkers. Zwart-wit denken. Zwart werken. Zwart verzuim… De enige logische consequentie is nu: afschaffen al die woorden. Puur racisme.
In onze taal is het woord “zwart” bijna altijd negatief. Kijken we anders naar zwart, dan zien we dat zwart juist de essentie is van vorm en zijn! De kracht van zwart kunt u zien in het Stedelijk Museum, waar het kernwerk van de Rus Malevich – zeg maar de uitvinder van de abstracte kunst – een zwart vierkant is.
Er zijn veel theorieën over Zwarte Piet. Ik zie het zo: Zwarte Piet, ooit bedacht door een roomse onderwijzer rond 1850, vertegenwoordigde, in een toen nog verzuilde maatschappij, de tegenhanger van het licht: de Duisternis. De heer van de duisternis, de duivel…
De Sint vertegenwoordigt het Goede. De Sint is wit, zijn tegenhanger zwart. Jammer dus dat Zwarte Piet in de loop der jaren zo’n lieve rol heeft gekregen. Hij had juist de slechtheid moeten blijven verbeelden: de roe, de zak, de straf! Want o klein kind in deez verdorven wereld, blijf op het rechte pad en blijf zoet.
Tegenwoordig denken we dat de kinderziel breekbaar is en wordt Zwarte Piet steeds witter, want steeds liever. Niet doen! Hij moet juist zwarter worden! Zwarter dan zwart maken die man, en laat hem vooral gemeen zijn!
En hoe je het ook wendt of keert, ik kom toch weer uit op verzuim. Laat Zwarte Piet zwart en dan kunnen we ook gewoon blijven praten over zwart verzuim. Zwart verzuim is slecht. Die mensen belazeren de boel, die hebben straf nodig! Want hoe zouden we zwart verzuim anders moeten noemen. Geel verzuim? Nee toch…