Direct een boete zonder basiscontract arbodienstverlening

Dat met de wijzigingen van de Arbowet in juli jl. het het basiscontract verplicht is geworden, weten de meeste werkgevers nu wel.

Diegenen die nog geen contract hadden met een arbodienst of bedrijfsarts zullen al stappen genomen hebben, of er mee bezig zijn om hun arbobeleid zo snel mogelijk in orde en up-to-date te krijgen. Niet alleen omdat dat wettelijk is verplicht, maar ook omdat de meeste werkgevers gewoon graag goede werkgevers willen zijn.

U kunt nu al een flinke boete krijgen

Een andere, heel belangrijke reden om uw arbobeleid snel op orde te krijgen is natuurlijk financieel: u kunt direct een flinke boete krijgen als uw arbobeleid niet aan de wettelijke eisen voldoet.

De Inspectie SZW gaf altijd al boetes bij overtreding van de regels, dat is niks nieuws. En sinds 2016 heeft de SZW besloten meer te gaan sturen op de maatschappelijke effecten van haar werk en wil deze effecten dus ook voor iedereen duidelijker zichtbaar te maken. Het aantal inspecties (en boetes) zegt namelijk weinig over het uiteindelijke effect van die inspecties.

Tegenwoordig benoemt SZW per programma de bedoelde effecten en resultaten. SZW hoopt daarmee te bereiken dat het uitvoeren van inspecties en het uitdelen van boetes direct leidt tot minder overtredingen. Goed gedrag doet immers goed volgen, is de gedachte hierachter.

Maar wist u ook dat sinds 15 augustus jl. het boetebeleid van de SZW (voorheen de Arbeidsinspectie) wéér is aangescherpt? En dat u na ingang van de beleidsregel boetebesluit (direct) een boete opgelegd krijgt als uw nieuwe basiscontract niet aan de wettelijke eisen voldoet? Dat is ook zo als in het basiscontract geen afspraken zijn gemaakt over de ondersteuning van de werkgever (door de arbodienst of bedrijfsarts) bij diens verzuimbeleid.

Bedrijven met groot risico op overtreding het eerst aangepakt

De bedoeling is de Inspectie SZW zo efficiënt mogelijk in te zetten, waarbij zij zich vooral richt op bedrijven met een groot risico op overtreding, dat wil zeggen: bedrijven in branches waar de overheid arbeidsmarktfraude of grote risico’s voor veiligheid en gezondheid van de werknemers verwacht.

Verder doet SZW onderzoek naar aanleiding van klachten en arbeidsongevallen. In het geval van ziekenhuisopname, blijvend letsel of overlijden door een bedrijfsongeval moet de werkgever dit melden aan de Inspectie SZW. Het doel van dit onderzoek is de oorzaken van dit soort ongevallen op te sporen, overtredingen op te heffen en zo herhaling te voorkomen.

Ondertussen worden steeds meer data in databases van verschillende diensten aan elkaar gekoppeld en (binnen de wettelijke kaders) gaat de Inspectie de gezamenlijke analysetechnieken verder uitbreiden en ontwikkelen. Op deze manier moet de risicogerichte werkwijze van de dienst steeds meer vorm krijgen. Het gaat namelijk om het (maatschappelijke) effect, niet om het aantal inspecties en de daaruit voortvloeiende uitgedeelde boetes!

Onveilig gedrag op de werkvloer

Een ander belangrijk actueel thema is het streven naar een goede veiligheidscultuur op de werkvloer. Als een bedrijf op papier perfect aan de wettelijke veiligheidseisen voldoet maar werknemers houden zich niet aan die zelfde regels, dan heeft het opstellen ervan weinig zin.

Onveilig gedrag moet worden gecorrigeerd met het doel de werkvloer veiliger te maken voor alle werknemers. Niet alleen leidinggevenden zullen hierin het goede voorbeeld moeten geven. Iedereen dient hieraan mee te werken, niet omdat het verplicht is, maar omdat het voor alle medewerkers belangrijk is veilig en gezond te kunnen werken.

Op wie is de gewijzigde beleidsregel boeteoplegging van toepassing?

De gewijzigde beleidsregel Boeteoplegging is van toepassing op alle nieuwe (basis)contracten die vanaf 1 juli 2017 zijn en worden afgesloten tussen werkgevers en arbodiensten of (geregistreerde) bedrijfsartsen. Vóór 1 juli 2018 moeten alle basiscontracten voldoen aan de nieuwe regelgeving.

Een andere wijziging in de beleidsregel is dat bedrijfsartsen nu ook een boete kunnen krijgen als ze hun verplichtingen, zoals gesteld in de nieuwe Arbowet, niet nakomen. Dit kan bijvoorbeeld gaan om het niet hebben van een klachtenprocedure, of het zonder onderbouwing niet honoreren van een verzoek om een second opinion. In eerste instantie zal bij het niet nakomen van de verplichtingen een waarschuwing worden gegeven.

Welke boete kunt u verwachten?

Volgens de Beleidsregel Boeteoplegging Arbeidsomstandighedenwetgeving, (net aangescherpt per 1 september!), kan de Inspectie SZW nu direct, dus zonder waarschuwing vooraf, een boete opleggen als u geen basiscontract met een arbodienst afgesloten heeft.

Als u dat wel heeft gedaan maar het nieuwe contract niet aan de eisen Arbowet 2017 voldoet, krijgt u ook een boete. Ook zijn de boetes een stuk hoger geworden.

Inspectie SZW kan onaangekondigd langskomen voor een controle en mag werkgevers een boete opleggen als de toezichthoudende inspecteur heeft vastgesteld dat bepaalde wettelijke voorschriften (waarvoor een boete kan worden opgelegd) zijn overtreden.

De constatering van een overtreding komt meestal bij een reguliere controle aan het licht. Slechts in uitzonderlijke gevallen, als het gaat om een (levens)gevaarlijke situatie op het werk, betaling onder het wettelijk minimum loon, of het in dienst hebben van illegale werknemers, zal de inspectie SZW werk maken van een anonieme klacht.

Beboetbare gedragingen

Wanneer er bij een controle een overtreding wordt geconstateerd, maakt de inspecteur een boeterapport op en stuurt dat aan de boeteoplegger van de Inspectie SZW.

Deze boeteoplegger beoordeelt vervolgens of inderdaad sprake is van beboetbare gedragingen en – als dat inderdaad zo is – stelt deze een boetebeschikking op. Op grond van de Beleidsregel boete-oplegging arbeidsomstandighedenwetgeving wordt de hoogte van de boete bepaald. De hoogte van de boete is afhankelijk van diverse factoren die in de beleidsregel zijn uitgewerkt. De Inspectie SZW kan werkgevers een boete opleggen bij overtreding van de volgende wetten en regelingen:

  • Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet)
  • Besluit risico’s zware ongevallen (Brzo)
  • Arbeidstijdenwet
  • Wet arbeid vreemdelingen (Wav)
  • Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML)
  • Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi)
  • Warenwet

Boete Inspectie SZW: welke overtredingen zijn er?

Volgens artikel 1 boeteoplegging van de nieuwe Arbowet zijn er drie typen overtredingen:

  1. een Zware Overtreding (ZO): er wordt direct een boete gegeven van minimaal twee keer het normbedrag;
  2. een Overtreding met Directe Boete (ODB): er wordt ook direct een boete gegeven;
  3. een Overige Overtreding (OO): er wordt eerst een waarschuwing gegeven en pas nadat dezelfde of een soortgelijke overtreding opnieuw wordt vastgesteld, krijgt de overtreder echt een boete.

Ook in het geval van het ontbreken van een basiscontract arbodienstverlening kunt u dus direct een boete krijgen.

Op welke boetebedragen kunt u rekenen?

De laagste boete was € 90,– maar is nu maar liefst € 340,– geworden. De overtredingen zijn ingedeeld in zeven categorieën normbedragen, variërend van € 340,– tot € 13.500,–.

Deze normbedragen zijn uitgangspunt voor het berekenen van de boetebedragen voor werkgevers met 500 werknemers of meer. Hoe hoger het aantal medewerkers, hoe hoger de boete. Voor werkgevers met minder werknemers worden de normbedragen naar beneden bijgesteld.

In de Arbowet (artikel 34) staat de maximale boete voor één overtreding, namelijk € 82.000,–. Als het gaat om een Zware Overtreding, zoals bijvoorbeeld zware ongevallen met gevaarlijke stoffen of zelfs een dodelijk ongeval door het niet naleven van de regels, is de boete nóg hoger. De boete kan in het ergste geval oplopen tot € 820.000,–. Als er sprake is van meerdere overtredingen tegelijk kan de boete uiteindelijk nóg hoger uitvallen.

Werknemers of zelfstandigen in overtreding betalen slechts 10 procent van het normbedrag. Voor overtredingen begaan door de opdrachtgever, de ontwerpende partij en de uitvoerende partij wordt het boetebedrag niet bijgesteld naar het aantal werknemers. De normbedragen zijn uitgangspunt voor de berekening van de op te leggen boete.

Voor een boete die wordt opgelegd aan een werkgever bij wie vrijwilligers werkzaam zijn, gaat men uit van het aantal vrijwilligers dat werkzaam was op de locatie waar de overtreding is begaan. Als bij die werkgever tegelijkertijd ook betaalde werknemers werkzaam zijn, gaat men voor de bedrijfsgrootte uit van het aantal medewerkers inclusief vrijwilligers.

Bij een herhaling van een overtreding of het maken van een soortgelijke overtreding kan de boete met 100 of 200 procent worden verhoogd.

Bron: HR Navigator

Deel dit artikel